Griekenland moet zeer zwaar bezuinigen om uit de schulden te komen, en de
noodhulpleningen van 110 miljard euro en de bijkomende rente te betalen.
Spanje en Portugal zitten in minder zwaar weer maar moeten de financiële
markten laten zien dat ze solide zijn, en dus snijden ook deze landen diep
in de uitgaven.

Dat heeft gevolgen. De salarissen in de publieke sector van Griekenland gaan
omlaag, uitkeringen en pensioenen worden versoberd en belastingen als de BTW
gaan fors omhoog. Dit zal enorme gevolgen hebben voor de binnenlandse vraag
in het land: de koopkracht zal de komende tijd flink dalen, zo is de
verwachting. Op de export hoeven de Grieken niet te hopen. Het land
importeert meer dan het exporteert.

Voor dit jaar rekent Griekenland daarom op een economische krimp van ongeveer
vier procent. Naar verwachting zal de krimp nog wel even aanhouden, om over
enkele jaren om te slaan in snelle groei.

Iberië
In Spanje is het plaatje minder slecht, maar toch heeft ook dat land de
komende tijd grote problemen. De werkloosheid is hoog, het land heeft een
begrotingstekort en een toenemende staatsschuld. De Spaanse regering geeft
veel uit aan uitkeringen en stimulering van de economie, maar daar komt een
einde aan. Spanje kondigde woensdag 12 mei een stevig bezuinigingspakket aan
waarin de salarissen van ambtenaren met vijf procent omlaag gaan en de lonen
in de publieke sector in 2011 bevroren worden.

Ook Spanje moet het dus niet hebben van de binnenlandse vraag, laat staan de
export, want ook het Iberische land heeft een handelstekort.

Met Portugal gaat het al niet veel beter. Dat heeft een begrotingstekort en
een relatief hoge werkloosheid. De economie groeit te traag om meer
opbrengsten binnen te brengen voor de regering om de uitgaven bij te benen.
De regering kondigde op Hemelvaartsdag een zwaar pakket van bezuinigingen en
lastenverzwaringen aan om de overheidsfinanciën te verbeteren.

Ook vooruitgang
Maar er zal meer nodig zijn. De bezuinigingen verminderen de meest acute
schuldenproblematiek maar zetten ook de economische klok stil. Terwijl
Noord-Europa langzaam maar zeker meer gaat profiteren van het aantrekken van
de wereldeconomie dankzij groeiende exporten, blijven de schuldenlanden
achter en wordt de kloof tussen noord en zuid alleen maar groter.

En dat terwijl Zuid-Europese landen het al zo moeilijk hebben met opboksen
tegen exportkoning Duitsland. Deze ongelijkheid is ook waar het
Internationaal Monetair Fonds (IMF) voor waarschuwt. IMF-voorzitter Dominic
Strauss-Kahn sprak deze week warme woorden over de samenwerking die leidde
tot de garantiefondsen die rust brachten op de financiële markten, maar
waarschuwde dat samenwerking en afstemming nodig is.

Hij had het over samenwerking over overheidsfinanciën, zodat er sneller
ingegrepen kan worden tussen lidstaten. Maar het zou beter zijn als er ook
een sterkere coördinatie komt op het gebied van economische ontwikkeling.
Terwijl de lidstaten snijden en bezuinigen, moet de economie ook
gemoderniseerd worden.

Spanje, Griekenland, Portugal, maar ook landen als Groot-Brittannië en België
moeten inzetten op meer diversificatie van de economie. Als het even kan in
gebieden die niet direct botsen met de Duitse exportmachine, waartegen het
moeilijk opboksen is.

Met alleen snijden in de uitgaven redden landen met economische achterstanden
het niet. Ze zullen ook geholpen moeten worden met de financiering van
verstandige investeringen in competenties waar die landen in uitblinken.

Lees ook:

Forse
bezuinigingen Portugal en Spanje

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl